-------------------------------------------------------------------- Test examples generated by Rudi van der Woude. (c) 2017 -------------------------------------------------------------------- These 10 questions should be spoken by another person. -------------------------------------------------------------------- 1 Wie wonen bij u in huis? 2 Bij wie gaat u wonen in Nederland? 3 Wie helpt u met Nederlands leren? 4 Naar welke muziek luistert u graag? 5 In wat voor huis gaat u wonen in Nederland? 6 Welke kleur vindt u mooi? 7 Hoe laat is het nu? 8 Wat voor kleren vindt u mooi? 9 Hoeveel dagen in de week werkt u? 10 Waar heeft u Nederlands geleerd? -------------------------------------------------------------------- These sentences can be read and filled in. -------------------------------------------------------------------- 1 Kenji rookt al twintig jaar sigaretten. Dat is... 2 Berat geeft les. Hij vertelt over... 3 Amel sport graag. Sporten is... 4 Ik wil zieke mensen helpen. Ik vind dat... 5 Ik heb een nieuwe tafel gekocht. Wil jij mijn oude tafel...? 6 Pablo speelt gitaar. Hij oefent... 7 Julio gaat verhuizen. Hij moet... 8 Maria leest een boek. Ze vindt het... 9 Ik drink geen alcohol. Ik drink wel graag... 10 Maria heeft griep. Ze moet... 11 Hue wil naar de markt. Ze gaat... 12 Mijn opa gaat elke dag wandelen. Dat is... -------------------------------------------------------------------- SUCCESS WITH THE REAL EXAMINATION --------------------------------------------------------------------